In juli ging een aantal Statenleden, op uitnodiging van OPG en SBB, in gesprek met drie groene BOA’s over toezicht in het buitengebied en de toenemende werkdruk, regeldruk en druk op de gebieden. De gastvrijheid komt in de knel door steeds meer en andere manieren van recreatie en toenemende ondermijning.
Deels ligt de oorzaak op landelijk niveau (terughoudendheid van Justitie om BOA vergunningen af te geven: het geweldsmonopolie ligt bij politie, is het motto), geen inzage in opsporingssystemen om een kenteken na te trekken. Maar ook: de provincie zet wél in op meer toeristen, maar heeft, in tegenstelling tot andere provincies, geen budget beschikbaar gesteld voor het toezicht door particulieren via SNL (subsidieregeling Natuur en landschapsbeheer).
De BOA’s maakten indruk met verkeersborden met kogelgaten, foto’s van stroperij en van dumpingen van drugs en huisraad en verhalen over nachtelijk posten. De BOA’s, hebben echter nog het meeste last van de steeds grotere mond van recreanten. Een vriendelijk verzoek om de hond aan te lijnen, leidt niet per se tot een beleefd gesprek en dat maakt het werk zwaar. Daartegenover staat overduidelijk het enorme hart voor het werk en het plezier om mensen te helpen.
OPG en SBB hebben de Statenleden voorgerekend wat een groene BOA kost en bij de Statenleden het verzoek neergelegd om bij de begroting 2025 geld uit te trekken voor toezicht en handhaving. Het signaal was duidelijk, nu komt het aan op een goede uitwerking. We blijven in gesprek.